Monument

Hotelboot Koningin Emma

Adres

Houtkade 1, Vlissingen

Achtergrondinformatie uitklap icoon

Voormalige veerboot ‘koningin Emma’ is omgebouwd tot een hotelboot met 10 luxe kamers gelegen aan de Houtkade in de binnenhaven van Vlissingen. Dit is de plek waar de boot destijds gebouwd is. Het schip heeft een roerige geschiedenis.

De bouw
Gedeputeerde Staten van Zeeland gaven in de zomer van 1932 de opdracht voor de bouw van drie nieuwe veerboten aan de Koninklijke Mij. De Schelde in Vlissingen . De officiële order volgde op 14 oktober 1932. Het was een opvallende keuze, aangezien De Schelde bij de aanbesteding niet de goedkoopste offerte kon laten zien. Gezien de economische crisis zag Provinciale Staten de order graag binnen Zeeland blijven. Ook de gemeente Vlissingen had hier belang bij ‘gezien de stad door slapte van het werk aan De Schelde zeer getroffen werd’, valt te lezen in het tijdschrift Het Schip eind 1932. Daarom gaf de gemeente Vlissingen een subsidie gelijk aan het verschil in kosten van de bouw bij De Schelde en de laagste inschrijver. Omdat de drie schepen in tijden van crisis gebouwd werden, kregen zij ook wel de bijnaam ‘crisisboten’. De veerboot was zeer modern, net als de scheepsmotor van het type Schelde-Sulzer. Bij het ontwerp is rekening gehouden met het vervoer van auto’s door een groter achterdek te maken waar met enig pas en meetwerk een tiental auto’s konden staan. Door de puntige voorsteven werden de drie veerboten ook wel ‘puntboten’ genoemd. De Koningin Emma kwam op 20 november 1933 in de vaart op de dienst Hansweert – Hoedekenskerke – Terneuzen.

Tijdens de Tweede Wereldoorlog
Aan de vooravond van de Tweede Wereldoorlog werd de Koningin Emma gebruikt als hulpmijnenlegger voor de Nederlandse Marine. Op 4 september 1939 werd het schip gevorderd door de Koninklijke Marine. De lanceerinstallaties werden aangebracht door De Schelde, net als een verduisteringsinstallatie. Een gedeelte van de verlichting kon hiermee op 1/4e spanning gezet worden, zodat het schip minder opviel. Bijna alle PSD-veerboten waren in de Meidagen van 1940 gevorderd door de Franse troepen. Deze soldaten hielpen het Nederlandse leger om het laatste onafhankelijke deel van Nederland te verdedigen tegen de Wehrmacht. Wanneer de stellingen niet meer houden, besluiten de Fransen te vluchten. Hiervoor moeten zij de Westerschelde oversteken van Vlissingen naar Breskens. Als de laatste troepen aan de overkant zijn, brengen ze de PSD-vloot tot zinken om te voorkomen dat de schepen in Nazi-handen vallen.

Op 17 mei 1940 werden de Prinses Juliana, Prins Hendrik, Ooster-Schelde en de Prins Willem I tot zinken gebracht in haven van Breskens. De Koningin Emma werd volgens de Koninklijke Marine ‘helaas op het Zaat tot zinken gebracht, zodat het bij laagwater geheel droog kwam te staan.’ De beschadigingen aan de Emma waren gering en de veerboot kon als enige van de drie zijladers gedurende de oorlog varen als veerboot, tot op 5 september 1944 de veerboot gevorderd werd door de Wehrmacht.

Vluchtschip voor NSB’ers
Na Dolle Dinsdag beginnen de Duitse bezetter en hun NSB-sympathisanten vrees te krijgen dat een geallieerde aanval op handen is. In het hele zuiden van Nederland land beginnen deze groepen aan hun exodus. De Duitsers regelen daarom een evacuatie van Zeeuwse NSB’ers, met de Koningin Emma. Via Veere vaart het schip binnendoor weg uit Zeeland en komt het terecht in Dordrecht, waar de NSB’ers zich veiliger voelen.

Na de oorlog
Door het toegenomen vrachtverkeer besloot men midden jaren 50 de Koningin Emma met 10 meter te verlengen, zodat er meer auto’s vervoerd konden worden op het achterdek. Ook werd de achtersalon weggelaten, alleen de trap naar de op het bovendek gelegen salon bleef aanwezig. Deze ingreep is afgekeken van de twee al verlengde zusterschepen van de Koningin Emma. Het schip verhuisde het naar de Oosterschelde veerdienst. Het personeel van de Provinciale Stoombootdiensten maakte er een sport van zoveel mogelijk auto’s aan boord te krijgen. Men schuwde er niet voor een kleine personenwagen desnoods met een paar man op te tillen om een klein gaatje op het achterdek te vullen.

Zeelandbrug
1965 was het laatste jaar van de Oosterscheldedienst. De Oosterscheldebrug naderde zijn voltooiing en Schouwen-Duiveland was bijna verbonden met Noord-Beveland. Op 14 december 1965 werd voor de laatste keer tussen Kats en De Val gevaren, de Oosterscheldebrug werd de volgende officieel geopend. Bij de laatste afvaart kregen passagiers door de Zeeuwse landbouw een speciaal delftsblauw tegeltje aangeboden.

Logementsschip in Wolphaartsdijk
Het schip werd overbodig en daarom verkocht de PSD de Koningin Emma op 11 oktober 1968 voor 47.250 gulden aan de Firma J. Zuidweg & Zn te Kapelle: de uitbaters van de jachthaven De Zandkreek in Wolphaartsdijk. Daar gaat de ‘Emma’ – de PSD stond niet toe het schip ‘koninklijk’ te verkopen – dienst doen als logementsschip. De PSD bood een bemanning aan om het schip weg te brengen van Vlissingen naar Wolphaartsdijk: personeelskosten 228 gulden.

Dames van lichte zeden in Rotterdam
In 1974 werd de Emma verkocht naar Rotterdam en werd de naam gewijzigd in Estrella Del Sur. Het schip was een nachtclub geworden, bevolkt met dames van de lichte zeden. Aan boord vonden wel erg duistere zaken plaats die meer in de hoerenbuurt thuishoorden, berichtte Schuttevear destijds. De nachtclub werd opgedoekt en Rederij Vrolijk uit Scheveningen koopt de Estrella Del Sur. In Scheveningen werd het schip Estrella gedoopt en ingezet voor sportvisserij.

Terug naar Zeeland
Halverwege 2020 wordt bericht dat de voormalige Koningin Emma te koop staat. Met behulp van investeerders is het gelukt om het historische schip te redden en terug naar Zeeland te halen. De Koningin Emma is na haar omzwervingen teruggekeerd naar Vlissingen en doet dienst als luxe hotelschip.

 

bron: PSDnet

Deel dit monument

Adres

Houtkade 1, Vlissingen

Achtergrondinformatie

Type monument:
Mobiel erfgoed
Oorspronkelijke functie:
veerboot
Bouwperiode:
1933
Huidige functie:
hotel
bekijk alle monumenten in
Vlissingen