De in 1658 gebouwde kerk is een typische dorpskerk. Ze bestaat uit een eenbeukig schip (21 x 10 meter), met een driezijdig gesloten koor, geheel opgetrokken uit de bekende gele ijsselsteentjes. De toren is op het kerkgebouw geplaatst en is 32 meter hoog. De kerk is een aantal malen gerestaureerd. Het exterieur van de kerk is sinds 1658 nagenoeg ongewijzigd gebleven; het werd slechts uitgebreid met een consistorie (1829) en met een voorportaal (het huidige dateert van 1954).
Uit het interieur is helaas veel origineels verdwenen; maar ondanks haar soberheid is het wel een stijlvolle kerk. Interieurstukken die het vermelden waard zijn, zijn de kansel in Empirestijl (1830), afkomstig van de voormalige Remonstrantse kerk aan de Kromme Nieuwegracht in Utrecht. De lessenaar en de doopzuil, die naar analogie van de kansel gemaakt zijn (2007), het predikantenbord (2008) en de oude geldkist (1773), die nu als collectezakkenrek dienst doet.